Educatief allerlei

 

 

Educatief allerlei (13)

Beleef de lente
Nadat ik Sharon Dijksma mijn stem had gegeven, liep ik de tuin in om mijn stemaktie bij de vijver te overdenken. Sharon heeft het als staatssecretaris voor Natuur best goed gedaan., althans tijdens de landelijke IVN-dag in Burgers Zoo kwam ze tijdens haar speech zo op mij over en op Vrouwendag zag ik haar weer bij Jinek en daar kwam ze zeer ontspannen en gezellig in discussie door. Een verademing in de verder saaie verkiezingscampagne.
“De vijver kan wel een opknapbeurt gebruiken,” dacht ik, kijkend naar al het kastanjeblad dat is gaan drijven. Ook de hoek met snoekkruid bevat nog veel afgestorven materiaal. Maar de warme zon nodigde bepaald niet uit tot directe aanpak. Er is beroering in de vijver. Met stevige halen roeit een pad door het oppervlak. Aan de rand stopt hij bij, zie ik nu, een andere pad. Ze constateren dat ze van hetzelfde geslacht zijn en de aangekomene draait om en zwemt verder. Er blijkt er nog een in de vijver te zitten. En nu hoor ik ook hun hoge roep.
Met de verrekijker zoek ik het vijveroppervlak af en zo komen twee padden liefst in beeld. Ze zitten doodstil op 1,5 m in de zon op het oevermos. Doodstil. Twee pakweg 10 centimeter lange platte schijven op elkaar. In de traditionele setting: wijfje onder, man bovenop.



 

Misschien heeft ze hem al de hele tuin door moeten velen om bij de vijver te komen. Dan moet je wel uitrusten. Hij heeft knobbels op z’n sterke duimen, waarmee hij op z’n plek kan zitten. Het kan ook zijn dat zij wacht tot het donker wordt voor de volgende stap: het uitpersen van lange eisnoeren, die door meneer op de eerste rang kan worden bevrucht. Maar het kan ook zijn dat de drie vrije mannen zich ermee gaan bemoeien en dan kan het nog een risicovolle bevalling worden.
Hoe dan ook, de volgende ochtend is de rust in de vijver weergekeerd. Ik besluit voorlopig niets aan de vijver te doen. Alleen waarnemen.

Stille lente
De roep van de koekoek is voor velen van ons een subliem lentegeluid. Maar is het ons wel opgevallen dat het sommigen lang duurt voor je een koekoek (altijd een man) hoort roepen? In de vorige Mosella schreef ik al over het onderzoek van Nick Davies. Hij heeft het er ook over. Toen hij met z’n onderzoek naar de koekoek begon, 20 jaar geleden, telde hij 14 koekoekswijfjes in het moerasgebied ten noorden van Cambridge. Deze wijfjes deponeerden zo’n 200 eieren in evenzovele kleine karekietnesten. Toen hij in 2014 z’n boek afrondde nam hij nog maar een koekoekwijfje waar. Hij kon geen enkel koekoekjong vinden.
Volgens Nick geldt deze teloorgang van de koekoekpopulatie voor geheel Zuid-Engeland en Wales.
En dat terwijl de kleine karekietpopulatie stabiel is gebleven. Nick denkt dat de oorzaak ligt bij de voedselsituatie. Koekoeken leven vooral van harige rupsen. En die zijn in het zuiden van Engeland en Wales sterk in aantal afgenomen.

Wordt vervolgd, Wim Jongejans
 

 

 

 

IVN Geysteren Venray